:15:01
Laten we een telegram sturen
vanuit Niagara.
:15:04
Dus daarom moest je
even langs je kantoor!
:15:09
Iedereen hoort naar Niagara te gaan.
Je had m'n secretaresse moeten zien.
:15:15
We hebben de bruidssuite en morgen
nemen we de waterval in een ton.
:15:23
- Ga snel je koffer pakken.
- Dat heb ik allang gedaan.
:15:27
Dat is wat ik zo haat aan vrouwen.
:15:35
Ik vraag me af wat Mary nu doet ...
:15:42
- De trein vertrekt over een uur.
- Misschien wil vader nog bidden.
:15:47
Fluit als je klaar bent. Elaine ...
:15:49
Doe de deur snel open. Als je dan
'n donkere flits ziet, ben ik het.
:16:00
- Nu?
- Nee, nog niet!
:16:03
- Je moet verrast kijken.
- Tante Abby! Tante Martha!
:16:08
Hou je vast! Elaine en ik zijn getrouwd.
:16:12
- Wat heerlijk! Ze zijn getrouwd!
- Doe niet of jullie verrast zijn.
:16:20
- Mag ik de telefoon even lenen?
- Ja, hoor. Wat zalig!
:16:24
- En het gebeurde hier in de kamer!
- Stil nou maar ...
:16:31
Met Mortimer Brewster.
Heeft u m'n vrouw de rozen gestuurd?
:16:35
Stuur nog vier dozijn
naar de Canada-expres op Central Station.
:16:38
En doe er wat oranjebloesem bij.
:16:41
Voor je gaat, drinken we wijn.
We gaan het vieren met de buren.
:16:48
- En natuurlijk een bruidstaart.
- Er is geen tijd voor taart.
:16:52
We gaan naar Niagara. De taxi wacht.
:16:54
- Die staat al klaar sinds ...
- Sinds ik Elaine ontmoette?
:16:59
- Wist iedereen dat ik ging trouwen?
- We wisten dat je het zou inzien.