1:00:03
- Wat heb jij?
- Niets.
1:00:06
Ik schraap m'n keel alleen even.
1:00:09
Nou?
1:00:11
Als ik u vertel waar het is,
laat u ons dan gaan?
1:00:15
Als hij z'n mond nog eens opendoet,
sla je hem buiten westen.
1:00:19
Zodra ik het geld heb, kun je gaan.
1:00:24
Het is...
1:00:30
Dat zal je leren je mond te houden.
1:00:37
Kom op nou.
1:00:39
Kom op?
1:00:41
Als je me belazert,
knal ik je zo overhoop.
1:00:45
Waar is het geld?
Je wist toch waar het was? Vertel op, dan.
1:00:50
- Ik heb me bedacht.
- Ik geef je nog één kans.
1:00:55
Zeg je nog waar het geld is,
of moeten we je dwingen?
1:00:59
lk geloof niet dat ik jullie kan helpen.
1:01:02
Grijp hem. Hou hem vast.
1:01:05
Pas op, of ik geef je
zo'n klap op je kanis dat het je duizelt.
1:01:31
Domoor, dacht je nou echt
dat je hem kon tegenhouden?
1:01:38
Wat doe jij hier?
1:01:40
lk steek een kaarsje aan.
1:01:43
Waarom ben je niet weggegaan?
1:01:46
lk zocht jou, maar ik kon je niet vinden.
Ik kon jou toch hier niet achterlaten?
1:01:52
lk kan best even hard worden als Monte
Jarrad. Misschien nog wel harder.