1:20:01
bij de grens van Joegoslavië en Trieste.
1:20:04
De trein stopt niet meer.
We moeten springen.
1:20:08
- Krijgt u ons de grens over?
- Is de vijand er?
1:20:12
- Die levert geen problemen meer op.
- Goed. Het zal wel lukken.
1:20:17
Ik ken dit gebied als mijn broekzak.
1:20:21
Vindt u 't erg als we eerst eten?
lk heb alleen nog maar ontbeten.
1:20:25
Nee, prima.
We gaan naar de restauratiewagen.
1:20:27
Caroline, ga jij alvast met kapitein Nash.
Ik kom zo.
1:20:31
Zoals u wilt, ouwe jongen.
1:20:33
Pardon.
1:21:07
Neemt u me niet kwalijk.
1:21:15
Daar bent u dan, ouwe jongen.
Ik dacht dat er iets gebeurd was.
1:21:26
- Voilà, monsieur.
- Dank u.
1:21:28
Dank u.
1:21:30
Voor mij de gegrilde tong.
1:21:34
En voor mevrouw. En u, Nash?
1:21:37
Dat klinkt heel goed. Dat is dan drie.
1:21:40
- Oui, monsieur.
- Een fles Blanc de Blanc.
1:21:43
- Chianti voor mij.
- Witte Chianti?
1:21:46
Nee, de rode graag.
1:21:49
Geniet maar van uw eten, ouwe jongen.
Ik heb de oplossing gevonden.
1:21:53
- Heel eenvoudig.
- Goed.