:18:10
Binnen twee dagen keerde sergeant Gomez
terug met O. W. Hadley.
:18:13
Onderweg had hij de vrouwelijke dokter
en wat kinderen en Linda gevonden.
:18:18
Ze waren allemaal uit het dorp gevlucht.
:18:20
De majoor strafte O. W. Hadley onmiddellijk
voor z'n desertie.
:18:24
Jongens, verdorie, ik wil dat jullie weten
wat voor tuig we onder ons hebben.
:18:30
Hij heeft een gat in me geschoten.
:18:34
En hij had me laten doodbloeden...
:18:36
als die vrouw m'n been niet had verbonden.
:18:42
Jullie weten dat ik geen deserteur ben.
:18:45
Ik ben naar dat dorp gegaan om een vrouw
te bezoeken en haar familie te zien.
:18:51
Ik wilde echt terugkomen.
:18:54
Jullie weten toch
dat ik altijd dicht bij m'n grote broer blijf.
:18:57
- Dat klopt toch, Arthur?
- Inderdaad.
:18:59
En je laat je familie
toch niet doodschieten, Arthur?
:19:03
Daar ga je toch iets aan doen, of niet?
:19:07
Sergeant, ik wil niet tegen hem opkijken.
:19:25
Kapitein.
:19:33
U kent me.
:19:36
Ik ben wel vaker weg geweest.
:19:41
Maar ik kom toch altijd terug?
:19:45
En u hebt me ervoor geslagen
en dat verdiende ik ook.
:19:51
Maar u hebt me niet gedood.
:19:54
U levert me nu toch niet over
aan een blauwe...
:19:57
alleen omdat ik naar een vrouw verlangde?