1:36:05
	Ik had niet opgekeken als het had
gehuild, maar dat is onzin.
1:36:11
	Het had niet in leven kunnen zijn.
1:36:13
	Niet zonder hulp.
- Nee, dat zal wel niet.
1:36:20
	Maar toch...
1:36:23
	moet het in leven zijn geweest.
1:36:26
	Toen ik het zo rustig
en stil zag liggen...
1:36:33
	greep het me aan.
1:36:35
	Ik zei een soort gebed op.
1:36:38
	Ik zei 'God sta me bij'.
Dat soort dingen.
1:36:44
	Toen moest ik huilen.
1:36:46
	Ik zweer het je.
De tranen liepen me over de wangen.
1:36:50
	Zoute tranen.
Alsof ik zelf een kind was.
1:36:54
	Omdat je het erg vond voor hem?
- Nee, niet voor hem.
1:36:59
	Voor hem was het allemaal voorbij.
Voor mezelf.
1:37:04
	Je beseft pas hoe je in elkaar zit...
1:37:07
	als er zo'n hulpeloos schepseltje
in je handen ligt.
1:37:13
	Het was een prachtkind geworden.
1:37:15
	Ik dacht bij mezelf:
1:37:19
	Weet je wat jij hebt gedaan, Alfie?
1:37:23
	Je hebt hem vermoord.
1:37:28
	Je kunt er niks meer aan doen.
1:37:32
	Kan ik 25 pond van je lenen?
- Kom nou, dat is m'n hele bezit.
1:37:37
	Hier is m'n horloge. Als ik het niet
terugbetaal, mag je hem verkopen.
1:37:42
	Dat hoeft niet,
je krijgt je geld zo wel.