1:37:04
	Je beseft pas hoe je in elkaar zit...
1:37:07
	als er zo'n hulpeloos schepseltje
in je handen ligt.
1:37:13
	Het was een prachtkind geworden.
1:37:15
	Ik dacht bij mezelf:
1:37:19
	Weet je wat jij hebt gedaan, Alfie?
1:37:23
	Je hebt hem vermoord.
1:37:28
	Je kunt er niks meer aan doen.
1:37:32
	Kan ik 25 pond van je lenen?
- Kom nou, dat is m'n hele bezit.
1:37:37
	Hier is m'n horloge. Als ik het niet
terugbetaal, mag je hem verkopen.
1:37:42
	Dat hoeft niet,
je krijgt je geld zo wel.
1:38:07
	Dat was het dan.
1:38:14
	Ben je er klaar voor?
1:38:16
	Ik breng je wel thuis.
1:38:20
	Ik ga liever alleen.
- Straks hou ik je er nog aan.
1:38:24
	Ik meen het.
- Mij best.
1:38:26
	Je kunt een eindje met de bus
of met de metro.
1:38:30
	Dit is voor kleine Phil.
1:38:34
	Voor Phil, je jongste zoon,
die zo onhandig schrijft.
1:38:38
	Wat is het?
- Wil je het zien?
1:38:44
	Die heb ik lang geleden gekocht,
voor een jongetje dat ik kende.
1:38:50
	Pak aan.