1:41:02
	Ik hou van verrassingen.
1:41:04
	Kijk dat papier.
Het is geen rotzooi.
1:41:07
	Ik zie het.
1:41:09
	Ze zijn prachtig. Dank je wel.
1:41:12
	Ik ga al. Neem een aspirientje.
1:41:15
	Die heb je pas.
1:41:17
	Die radio, hoe kom je daar aan?
- Dat was een koopje.
1:41:22
	Bel je me morgen?
Dan ben ik vast beter.
1:41:25
	Ik kom tussen de middag.
Dan kunnen we even.
1:41:29
	Waarom niet?
1:41:40
	Stom dat ik hoofdpijn heb.
Deze hou je te goed.
1:41:48
	Wat is dat?
1:41:52
	Een gitaar.
- Werk je een hele band af?
1:41:56
	Doe niet zo walgelijk.
- En die radio...
1:41:59
	Er zit hier een vent.
- Het gaat je niet aan.
1:42:02
	Ook een koopje?
- Er is niemand.
1:42:05
	Ik geloofde je ook nog.
Dat ik zo blind kan zijn.
1:42:09
	Ga weg, ik heb barstende koppijn.
1:42:39
	Waarom heb je hem liever?
Wat is er zo bijzonder aan hem?
1:42:45
	Afgezien van z'n lange haar.
1:42:50
	Zeg het dan. Wat is er zo bijzonder
aan hem?
1:42:54
	Hij is jonger dan jij.
1:42:58
	Begrepen?