1:22:08
Wel heb ik ooit.
- Wat zei ze?
1:22:11
Niks.
- Jullie zullen heel gelukkig worden.
1:22:15
Wat bedoelde ze daarmee?
Ze omhelsde me zonder iets te zeggen.
1:22:21
Wat ben jij een...
Wat ben je toch dom.
1:22:26
Is dat zo?
Wil je een klap voor je bek?
1:22:30
Luister nou.
Wil je met me mee naar Montana?
1:22:35
Wil je daar iets opbouwen?
- Ik denk het wel.
1:22:39
En de kinderen?
- Welke kinderen?
1:22:41
De kinderen die je altijd wilde.
Hoe zit het daarmee?
1:22:45
En wil je dat zij meegaat
naar Montana?
1:22:48
Dat zou leuk zijn.
- Zeg dat dan tegen haar.
1:22:52
Je hebt gelijk. Waarom heb ik
daar niet aan gedacht?
1:22:59
Doe de deur dicht.
1:23:23
Kom verder.
1:23:28
Zeg maar dat het voorbij is.
1:23:48
Als je één verkeerde beweging maakt,
ga je eraan.
1:23:54
Hoe heet jij nou echt?
- Mace Bishop.
1:23:58
Zijn jullie broers?
Hoor je dat? Het zijn broers.