:39:02
Als je de tijd hebt.
- We verliezen nogal wat tijd.
:39:07
En katten.
:39:08
Heb je
je poesje al gevonden, Amy?
:39:15
We hopen toch dat je komt.
- Tenslotte is hoop je beroep, hè?
:39:20
Ja, en geloof.
:39:21
En liefdadigheid.
:39:25
Amy zei dat je naar Wakely kwam
om te schrijven, te mediteren.
:39:29
Waarom kwam u hier?
- Ik werd opgeroepen.
:39:32
Zeg eens wat je doet.
- Goed dan.
:39:35
Ik ben... astrowiskundige.
:39:39
Nog nooit van gehoord.
:39:40
Ik heb het maar net verzonnen.
:39:43
Ik geef u nog wat.
:39:45
Ik heb een beurs
:39:48
om stellaire structuren
:39:50
te bestuderen
:39:51
en de implicaties
van stralingseigenschappen.
:39:54
Verveel ik u?
- Straling, een spijtige zaak.
:39:57
Reken maar.
- Inderdaad.
:40:00
Als er maar weer geen bom komt.
:40:04
Een wetenschapper is
verantwoordelijk.
:40:07
En u?
:40:10
Het koninkrijk van Christus zorgt
voor het meeste lijden.
:40:17
Dat is Montesquieu, hè?
:40:18
Ja?
:40:19
Wie is dat?
:40:23
Iemand die interessant schrijft.
:40:29
We laten deze mensen
maar 's met rust.
:40:32
Je laat me toch niet
naar huis lopen?
:40:35
U bent erg mooi.
- Ik haal uw jas.
:40:37
Verveelt God je, Amy?
- God is niet mijn probleem.
:40:41
Amy zegt dat je goed schaakt.
- Inderdaad.
:40:45
Je deed vreselijk
tegen de dominee.
:40:48
Nee, hoor. Helemaal niet.
Hij is oké. Ik mag hem wel.
:40:55
Ja,
en zijn vrouw is heel aantrekkelijk.