1:33:04
Ik zoek een meisje.
1:33:06
Wie niet ?
1:33:08
Hier is ze niet.
1:33:10
Kom maar naar achteren.
1:33:13
Ga maar via de achter zijde.
1:33:28
Neem een ijsje. De vriezer is stuk
en alles smelt.
1:33:31
Wil je ?
- Nee, bedankt.
1:33:33
Hoor eens...
- Neem een ijsje.
1:33:36
Ben jij de Wolfman ?
1:33:39
Nee, ik ben niet de Wolfman.
1:33:44
Wacht even.
1:33:54
Wie belt er met de Wolfman ?
1:33:58
Dat is de Wolfman.
1:34:00
Op een bandje.
1:34:03
De man staat op een bandje.
1:34:07
Waar is ie ?
Waar werkt ie ?
1:34:10
De Wolfman is overal.
1:34:15
Ik heb een briefje voor hem.
1:34:20
Laat eens zien.
1:34:27
Dat is een ver zoekplaatje.
Ik kan het wel doorgeven.
1:34:30
Dan wordt het morgen of dinsdag.
- Nee, dit is belangrijk.
1:34:35
Morgen ga ik misschien weg
en het is belangrijk...
1:34:38
... dat ze het nu hoort.
1:34:42
Weet je niet eens zeker
of je wel weg gaat ?
1:34:46
Morgen ga ik naar de oostkust,
om te studeren.
1:34:48
Maar ik weet niet of ik wel ga.
1:34:52
Ho even. Neem een ijsje.
1:34:56
Nee, bedankt.
- Ga even zitten.
1:34:58
Het is nog vroeg.
- Verdomme.