:46:07
Dit zijn de exotische dieren.
:46:09
Dit zijn m'n vrienden
Manchet en Knoop.
:46:12
- Ik heb ze je verkocht.
- Dat weet ik.
:46:16
De eerste dag dat
je in die dierenzaak werkte.
:46:21
Ik kocht deze dieren.
:46:23
Ik kocht die viskom
en de dieren,
:46:26
wat voedsel, de knikkers.
:46:29
Weet je die berg nog ?
:46:31
Ik heb hem weggegooid
want hij viel de hele tijd om.
:46:37
Waarom kom je niet hier zitten ?
:46:41
Het is 'n prettige bank.
:46:43
Weet ik veel.
:46:47
Er zitten daar grote insecten.
Het is veiliger hier.
:46:52
Wil je zitten ?
:46:59
Zijn dit je ouders ?
:47:02
Ja, dat zijn ze allebei.
:47:04
- Ben jij dat ?
- Ja, toen ik acht was.
:47:07
De Italiaanse hengst als jochie.
:47:11
Waarom kom je niet
gezellig lekker zitten ?
:47:19
Heb je telefoon ?
:47:21
Nee, die heb ik opgezegd omdat
er de hele tijd gebeld werd.
:47:26
Ik hoef al dat gedoe niet.
:47:28
Wie wilde je bellen dan ?
:47:31
M'n broer, om te zeggen
waar ik ben.
:47:34
Waarom ?
:47:37
Misschien is hij wel bezorgd.
:47:39
Ik bel je broer wel.
:47:44
Paulie, je zus is bij mij !
Ik bel je later wel.
:47:55
Je vindt 't geen mooie kamer,
hè ?
:47:58
- Hij is prima.
- Het is maar tijdelijk.