Death on the Nile
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

1:59:04
Dan stopt hij het wapen in
de stola, samen met de zakdoek

1:59:08
en een marmeren asbak opdat
alles tot op de bodem zinkt.

1:59:12
Dan gooit hij
heel het boeltje in de Nijl.

1:59:16
Nu ligt hij op de sofa en duwt een
propere zakdoek tegen zijn been.

1:59:23
Ditmaal heeft hij werkelijk pijn.
1:59:34
Verbluffend, niet?
- Het is onmogelijk.

1:59:38
lk kan het amper geloven.
- Tuurlijk, het is onmogelijk.

1:59:42
Waarom zegt u dat?
U hoorde zelf zachte pasjes.

1:59:46
Wie had er reden om te lopen?
1:59:49
Ja, maar alles in een opwelling.
- Kolonel, het was geen opwelling.

1:59:55
Het was goed gepland.
- Door Doyle?

1:59:58
Oh, Doyle speelde het maar.
Zijn medeplichtige plande het.

2:00:03
Jw. Jacqueline De Bellefort.
2:00:09
U bent niet goed snik.
2:00:12
Het gaat wel. Dat is de waarheid.
2:00:17
Wie verschafte Doyle een alibi?
U, door op hem te schieten.

2:00:22
Wie verschafte u uw alibi?
2:00:25
Doyle, door erop aan te dringen
dat men u niet alleen zou laten.

2:00:30
Da's niet waar. Helemaal niet.
2:00:33
Toch wel,
tracht het niet te ontkennen.

2:00:37
U en Doyle waren minnaars.
Dat zijn jullie nog steeds.

2:00:42
Simon moest zijn vrouw doden,
het geld erven en dan wat later

2:00:48
zou hij
met zijn oude liefde trouwen.

2:00:51
Het was prachtig uitgedokterd.
U kwelde Mw. Doyle,

2:00:55
de geveinsde woede van Simon,
de keuze van Rosalie als getuige,


vorige.
volgende.