Death on the Nile
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

2:00:03
Jw. Jacqueline De Bellefort.
2:00:09
U bent niet goed snik.
2:00:12
Het gaat wel. Dat is de waarheid.
2:00:17
Wie verschafte Doyle een alibi?
U, door op hem te schieten.

2:00:22
Wie verschafte u uw alibi?
2:00:25
Doyle, door erop aan te dringen
dat men u niet alleen zou laten.

2:00:30
Da's niet waar. Helemaal niet.
2:00:33
Toch wel,
tracht het niet te ontkennen.

2:00:37
U en Doyle waren minnaars.
Dat zijn jullie nog steeds.

2:00:42
Simon moest zijn vrouw doden,
het geld erven en dan wat later

2:00:48
zou hij
met zijn oude liefde trouwen.

2:00:51
Het was prachtig uitgedokterd.
U kwelde Mw. Doyle,

2:00:55
de geveinsde woede van Simon,
de keuze van Rosalie als getuige,

2:01:01
de opbouw naar de schietpartij
en de overdreven hysterie.

2:01:07
U nam slechts één risico. Simons
wonde mocht niet te erg zijn.

2:01:13
Eén ding getuigde
van erg veel dwaasheid,

2:01:17
namelijk het schrijven
van de letter J in de hut.

2:01:22
Het was zo melodramatisch dat
het u wel moest vrijspreken.

2:01:27
Wie zou dat willen doen,
behalve een medeplichtige?

2:01:33
Maar toen begon het plan
in het honderd te lopen.

2:01:38
Niet?
2:01:40
Louise Bourget was waakzaam.
Ze ziet Doyle de hut betreden.

2:01:46
Ze hoort het schot en
ziet 'm terugkeren naar de salon.

2:01:52
Ze wil zwijggeld opstrijken
en dat wordt haar dood.

2:01:59
Mr. Doyle kon 'r niet doden,
want hij kon niet bewegen.


vorige.
volgende.