:22:00
Heb je er nog niet over nagedacht?
:22:03
Je stelt het net pas voor.
Waarheen?
:22:06
- Met mij.
- Ver weg?
:22:09
- Ceen spelletjes spelen.
- Het is nogal plotseling.
:22:13
Ik zie je vijftien jaar niet.
Je duikt op alsof 't gisteren was en...
:22:17
Ik kan niet zomaar weg op stel en sprong.
:22:22
Ik heb 'n fabriek. En een man.
:22:26
Hij moet 't weten als ik wegga,
of 't nou plotseling is of niet.
:22:30
Ik heb 't niet over een vakantie.
:22:32
Schreeuw niet zo.
:22:37
Het is aardig van je,
en ik begrijp wat je bedoelt.
:22:42
Maar ik ken je niet echt.
:22:47
Je kende me als dom wicht van vijftien.
:22:49
- Zeventien.
- Vijftien.
:22:53
Verliefd op 'n knappe Britse soldaat.
:22:56
Weet je wat ik me 't best herinner
van je? Je knieën.
:22:59
Je doet belachelijk.
:23:01
Nee, ik wil niet
dat jij iets belachelijks doet.
:23:06
Je bent niet gelukkig met je man.
:23:09
- Hoe weet jij dat?
- Anders had je me niet laten...
:23:12
- Onzin. Ik heb met jou gevreeën.
- En 't was heerlijk.
:23:17
- Vond ik ook.
- En?
:23:19
- Voor de rest niets.
- Wat bedoel je?
:23:24
Niets. Probeer dat te begrijpen.
:23:27
Ik heb 'n huis. Ik woon er graag.
:23:30
Ik ben blij dat m'n man uit een
belangrijke Cubaanse familie komt.
:23:36
- Ik vind dat belangrijk.
- Onzin.
:23:38
- Sla niet zo'n toon aan tegen me.
- Het zijn dingen, fabrieken, huizen.
:23:43
- Mannen.
- Hij is niets voor je.
:23:46
Je weet helemaal niet
wat Juan voor me betekent of betekende.
:23:51
Anders zou je hier niet moeten zijn.
:23:59
- Laat liggen.
- Schreeuw niet.