:40:01
O, ja, ik had Lasagne.
:40:04
Wat had hij ?
- Vis.
:40:06
Nog twee zieken.
Men maakt zich zorgen.
:40:11
Laat mij maar.
:40:13
Onderzoek
wat de zieken hebben gegeten.
:40:16
Hier spreekt de gezagvoerder.
Het zware weer is zo voorbij.
:40:22
We vliegen nu boven de Hooverdam.
:40:25
Straks zitten we ten zuiden
van de Grand Canyon.
:40:29
Geniet u maar van de vlucht.
:40:33
Vlucht 2-0-9. We hebben problemen.
:40:38
Al het verkeer onder ons moet wijken
en ik wil voorrang in Chicago.
:40:48
Mijn man is heel ziek.
Kunt u iets doen ?
:40:52
De dokter komt zo bij u.
:40:55
Wat heeft hij gegeten ?
We hadden allebei vis. Hoezo ?
:41:00
Niks bijzonders.
We komen zo bij u terug.
:41:10
Mr Hammen heeft vis gegeten. Er zijn
er nog vijf bij gekomen. Allemaal vis.
:41:17
De copiloot heeft ook vis gegeten.
En de navigator ?
:41:22
We weten waar we aan toe zijn.
Iedereen die vis heeft gegeten...
:41:28
... wordt nu snel zeer ziek.
:41:31
Hoe ernstig is 't ?
:41:34
Het begint met koorts.
Dan wordt de keel droog.
:41:38
Daarna wordt de patiënt duizelig
en krijgt last van jeuk.
:41:45
Dan tast het gif de zenuwen aan,
met stuiptrekkingen tot gevolg.
:41:50
Dan gaat de patiënt kwijlen.
:41:52
Dan begeeft de spijsvertering het,
met gasvorming als gevolg...
:41:58
... en uiteindelijk is er van de zieke
slechts 'n drilpuddinkje over.