:52:04
Goedenavond.
:52:06
Dag. Hoe voelt u zich?
:52:08
Beter. Dank u.
:52:12
Ik heet Henry Baker.
:52:15
Hallo. Ik heet Lucy. Lucy Rose.
:52:17
- Aangenaam.
- Dit is m'n man David.
:52:21
- Aangenaam.
- Wilt u soep?
:52:26
- Brood erbij?
- Ja, graag.
:52:31
Weet u hoe laat het is?
:52:35
Tien voor negen.
:52:36
Zo laat al?
:52:39
- Wilt u een glaasje cider?
- Nee, dank u.
:52:47
Dank u.
:53:12
Ik rammel van de honger.
:53:21
- Dus dit is Storm Island?
- Ja.
:53:24
- Wat doet u hier?
- Ik ben schapenhouder.
:53:27
- O ja?
- Ik ga naar bed. Ik heb rugpijn.
:53:33
Dwaas. U mag blij zijn dat u nog leeft.
Wat deed u eigenlijk op zee in zo'n weer?
:53:38
Lk wist niet dat het zo zou gaan stormen.
:53:41
Twee. Ik wil slapen.
:53:47
Dat kan ik zelf wel.
:53:58
Welterusten.