Neighbors
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:10:01
Wat zeg je ervan, buurman?
:10:05
Welkom aan het eind van de straat.
- Het is een prachthuis.

:10:10
Het mijne, bedoel ik.
Veel te veel kamers, maar ja.

:10:13
Het was een koopje.
Wat eten we? Ik rammel.

:10:18
We hebben nog niet gegeten.
Ik heb honger als een paard.

:10:22
Ik was voorbarig, vrees ik. Enid heeft
geen boodschappen gedaan.

:10:28
Geen punt.
Dan haal ik wel ergens wat.

:10:31
Hier in de buurt vind je alleen
hamburgers, hotdogs en pizza.

:10:35
Daar weet ik wel wat op.
Laat maar aan kapitein Vic over.

:10:40
Vriend, als ik het ga halen,
wil jij vast wel betalen.

:10:55
30 dollar voor 4 man? Daarvoor
krijg je hooguit de kaart te zien.

:11:04
Dit is een biljet van twee dollar.
- Ik dacht dat het een twintigje was.

:11:09
Echt.
- Zo splitsten ze ze je in de maag.

:11:12
Je weet nooit wie je zal belazeren,
nietwaar?

:11:16
Als 32 dollar niet genoeg is,
doen we het een andere keer.

:11:20
Welnee. Mag ik je autosleutels?
:11:23
M'n autosleutels?
- M'n remmen zijn kapot.

:11:26
Ik ga wel eten halen.
Ik hoor de goede buur te zijn.

:11:29
Blijf maar hier, bij m'n vrouw.
:11:32
Als jij per se wilt betalen,
kan ik het op z'n minst gaan halen.

:11:37
Ik snap niet waar. Er is geen
fatsoenlijk restaurant in de buurt.

:11:41
Een nieuwe tent
aan de andere kant van de stad.

:11:45
Bij het station, tegenover
het pakhuis. Italiaans.

:11:50
Ik kom daar elke dag langs en
heb er nooit een restaurant gezien.

:11:56
Wou je zeggen dat ik lieg?
:11:58
Nee, blijkbaar let ik niet zo goed op.

vorige.
volgende.