Stripes
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

1:14:04
Ik zet je in de eerste versnelling.
- Hou op.

1:14:07
Je kleeft aan de bodem.
Blijf bewegen, schat.

1:14:11
Je bent een beetje klonterig.
1:14:14
Een beetje klonterig.
1:14:16
Ik vind 't niet leuk. Hou op.
- Dat meen je niet.

1:14:20
Misschien heb je dit nodig.
1:14:23
Wat ga je daarmee doen?
- Dit. En dit.

1:14:29
Wie is je vriend? Wie is je maatje?
1:14:32
Dat ben ik toch?
Je bent gek op me, nietwaar?

1:14:36
Je bent helemaal gek op me.
1:14:38
Je bent hopeloos
verliefd op me, of niet?

1:14:41
Dat klopt.
1:14:43
Ik wist het.
Ik had al zo'n voorgevoel.

1:14:46
Zelfs voordat ik deze pakte.
1:14:50
Het werd tijd dat je ervoor uitkwam.
1:14:53
Wat doen we nu?
1:14:55
Laten we boven de kasten
van de generaal gaan bekijken.

1:15:02
Leuk om te weten
dat je zo kunt bewegen.

1:15:05
Leuk om te weten
dat je me zo heet kunt maken.

1:15:08
Je zegt zulke aardige dingen.
1:15:10
Wacht even. Ik heb een
speciaal stuk gereedschap voor je.

1:15:13
Kom hier.
1:15:18
Ik kan niet geloven
dat we dit spel doen.

1:15:20
Ga op je knieën zitten.
- Dat klinkt goed.

1:15:25
Zo speel je het.
1:15:27
Je doet net alsof er een krachtveld
om je lichaam hangt...

1:15:31
en je probeert zo dicht mogelijk
bij de ander te komen...

1:15:35
zonder diegene aan te raken.
1:15:38
Begrepen?
- Het klinkt gemakkelijk.

1:15:43
Dat zou het moeten zijn.
1:15:52
Volgens mij ben ik hier goed in.
1:15:54
Misschien.
1:15:56
Wanneer heb je gewonnen?
1:15:58
Als je het krachtveld verbreekt,
wint de ander.


vorige.
volgende.