1:13:03
Als we jullie hiermee
in de problemen brengen, gaan we.
1:13:06
Dat hoeft niet.
De generaal komt pas morgen terug.
1:13:09
Mooi.
1:13:13
Bedankt.
1:13:16
Het lijkt net alsof ik
weer zestien ben...
1:13:19
en m'n ouders op vakantie zijn.
1:13:22
Zestien?
Wil je zoentikkertje doen?
1:13:25
Hij is best succesvol. Interesse?
1:13:27
Je hebt lang genoeg
in z'n koelkast gekeken.
1:13:30
Kom op, we gaan.
- Laten we in de kastjes kijken.
1:13:36
Je bent heel erg knap...
1:13:40
voor een politieagente.
- Nou, bedankt.
1:13:43
Jij bedankt.
Weet je wat jouw probleem is?
1:13:46
Nee.
- Je bent gewapend.
1:13:49
Jongens vinden
gewapende meisjes niet leuk.
1:13:52
Die zijn moeilijk te versieren.
Je hebt nog 'n probleem.
1:13:55
Zeg 't maar.
1:13:56
Je hebt nog nooit
de Jemima-behandeling gehad.
1:13:59
Dat klopt.
- Eerst ga je op het fornuis zitten.
1:14:04
Ik zet je in de eerste versnelling.
- Hou op.
1:14:07
Je kleeft aan de bodem.
Blijf bewegen, schat.
1:14:11
Je bent een beetje klonterig.
1:14:14
Een beetje klonterig.
1:14:16
Ik vind 't niet leuk. Hou op.
- Dat meen je niet.
1:14:20
Misschien heb je dit nodig.
1:14:23
Wat ga je daarmee doen?
- Dit. En dit.
1:14:29
Wie is je vriend? Wie is je maatje?
1:14:32
Dat ben ik toch?
Je bent gek op me, nietwaar?
1:14:36
Je bent helemaal gek op me.
1:14:38
Je bent hopeloos
verliefd op me, of niet?
1:14:41
Dat klopt.
1:14:43
Ik wist het.
Ik had al zo'n voorgevoel.
1:14:46
Zelfs voordat ik deze pakte.
1:14:50
Het werd tijd dat je ervoor uitkwam.
1:14:53
Wat doen we nu?
1:14:55
Laten we boven de kasten
van de generaal gaan bekijken.