To Be or Not to Be
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

1:00:05
Stephan Revanski und Jan Petrovski.
Mooi zo.

1:00:14
Hoezo, geen bewijs? Dat is
geen excuus. Arresteer ze.

1:00:20
Wat? Waarom? Waar? Wanneer?
1:00:23
Vanaf nu arresteer je ze als er
twijfel is. Arresteren, arresteren.

1:00:29
Dan executeren en ondervragen.
1:00:33
Je hebt gelijk, executeer ze
maar alleen.

1:00:36
Heil Hitler.
1:00:40
Fijn weer, die geur van de Gestapo.
- O ja?

1:00:46
U bent er zo aan gewend
dat u het niet meer ruikt.

1:00:50
Zal ik uw jas aannemen?
Gaat u zitten, professor.

1:00:55
Kan ik u een sigaret aanbieden, of
een sigaar? Chocoladenoga?

1:01:01
Chocolade wat?
- Noga.

1:01:08
Zo, professor. Ik heb
heel goed nieuws voor u.

1:01:11
Een goede vriend van u
komt naar Warschau.

1:01:15
De Führer zelf. U zult hem vast
graag weer ontmoeten.

1:01:20
Dat wil toch iedereen die hem kent.
1:01:26
Wanneer hebt u hem
voor het laatst gezien?

1:01:29
Dat is lang geleden, veel te lang.
1:01:40
Weet u dat u beroemd bent in Londen?
- Is dat zo?

1:01:45
Ja, ze noemen u
'concentratiekamp-Erhardt'.

1:01:49
Dus ze noemen me
'concentratiekamp-Erhardt'.

1:01:53
Die reactie verwachtte ik al.
- Wilt u een cognacje?

1:01:58
Dat doet me denken aan een grappig
verhaal uit Warschau.


vorige.
volgende.