:32:00
Hoe heet je ?
:32:04
Joan Wilder.
:32:06
Joan Wilder, welkom in Colombia.
:32:20
Hoi ma, met Irving.
:32:23
- Ralph, droplul. Waarzitje ?
- Rustig, ma. Hoezo, ik bel je nooit ?
:32:27
- Zeg me in godsnaam wat er gebeurd is.
- Oké, neef.
:32:30
Dankzij jou zitten we weer lekker in de stront.
:32:33
Eerst stapt dat stomme wijf
op de verkeerde bus.
:32:36
Nu zit ik vast in een of ander
militair kamp vol tacovreters.
:32:41
Het is hier net de derde wereldoorlog.
:32:45
Weten ze wie je bent ?
:32:46
O, wat dacht je wel ? Dat ik me heb
voorgesteld aan 't hele smerissenkorps ?
:32:52
En nog iets, neef.
:32:55
Raad 's wie hier ook is.
:32:58
- Zolo !
- Goed geraden !
:33:01
Ja, Zolo verdomme.
Hij zat naast me in de auto.
:33:05
We zijn niet alleen ontvoerders, maar
straks krijg ik z'n prikstok in m'n billen.
:33:09
- Heeft ie z'n jongens meegebracht ?
- Nee, een stel sufferds uit het dorp.
:33:16
Nee !
:33:19
- Kijk...
- Verdomme, Ralph !Ik wil die kaart...
:33:22
Schreeuw niet zo, Ira.
:33:24
Kijk, wil je me afmaken ?
Breng me dan terug naar Queens.
:33:28
Maar ik wil niet creperen in de jungle.
:33:31
Verdomme Ralph, het kan me geen reet
schelen hoe je 't doet, maar ik wil die kaart.
:33:39
Je zusje is de verkeerde kant opgegaan.
:33:42
En die derde man waar ik het over had,
die zit 'r op de hielen.
:33:48
De moordenaar van m'n man ?
:33:49
Die beenhouwer, ja !
:33:52
Een heel machtige vent
met z'n eigen privé-leger.
:33:56
En al noemt hij zich dokter Zolo,
minister van Antiquiteiten, kolonel Zolo,