:41:48
Nee.
:41:51
God.
:41:53
Jezus!
:41:57
Wat is er met Phil?
:41:58
Ik wil het niet lezen. Ik ben jaloers.
Hij klonk zelfs zacht door de telefoon.
:42:02
Zou dit onze locale vriendelijke inbreker zijn?
:42:05
Heb je waar je naar zocht
of kwamen we de pret verstoren?
:42:08
- Wie ben jij? Je woont hier niet.
- Ik ben een vriend van Tom.
:42:12
Tom wie?
Er wonen hier wel drie Tom's.
:42:14
Wacht, jongens, Ik ben geen inbreker.
Dus blijf met je handen van me af.
:42:17
Hij vroeg je welke Tom.
:42:18
Ik weet Tom's achternaam niet.
Hij woont op de bovenste etage.
:42:21
- Hoeveel Tom's zijn er op de bovenste etage?
- Hoe kom je binnen?
:42:23
Ha gaf me de sleutels, Kijk, zie je?
:42:26
Hhaij gaf me de sleutels en ik liet mezelf binnen.
:42:29
Sorry, maar er zijn
wel acht inbraken geweest deze week.
:42:33
Okay, het spijt me sorry, goed.
Dat wist ik niet.
:42:39
Pakken we de Radio Shack?
vannacht, man?
:42:41
Wacht tot volgende week.
Dan komen de nieuwe modellen binnen.
:42:44
He, Hoe kom je daaraan?