:44:04
En ?
- Wat 'en' ?
:44:08
En wat zeiden ze ?
- Die eer gunden ze de bisschop.
:44:18
Ze komen terug.
- Zo, is dat zo ?
:44:24
Een enorme uil heeft z'n oog
op mij laten vallen.
:44:49
Dat is erg vriendelijk van u.
:45:04
Luister.
:45:10
Zeg maar tegen de kapitein
dat hij goed knopen kan leggen.
:45:17
Hij vermoordt me.
:45:35
We gaan Phillipe zoeken.
:45:54
Je bent een eind van het riool vandaan
kleine rat. Nu betaal ik de drankjes.