1:14:00
De snelheidsmeter is gesmolten.
- Stop.
1:14:04
Goedenmorgen, agent.
- Hallo.
1:14:07
Kan ik u ergens mee helpen?
- Waar rijdt u in godsnaam mee?
1:14:11
We hadden 'n vuurtje, gisteravond,
maar we blusten 't op tijd.
1:14:14
Weet je hoe snel je ging?
1:14:17
Ik had 't daar net
over met m'n vriend.
1:14:20
Onze snelheidsmeter is gesmolten,
dus we weten niet hoe hard we gaan.
1:14:25
125 kilometer per uur.
1:14:28
125? Nou ja. Dat geloof ik.
1:14:32
U weet 't vast beter, aangezien wij
'n gesmolten snelheidsmeter hebben.
1:14:36
Vindt u dat dit voertuig
veilig is voor op de snelweg?
1:14:40
Ja, dat vind ik. Dat geloof ik echt.
1:14:43
'T Is niet mooi, maar 't krijgt
je waar je wezen moet.
1:14:46
Je hebt geen buitenspiegel.
- Die zijn we kwijt.
1:14:49
Je hebt geen werkende drukmeters.
- Nee, geen een.
1:14:53
Maar gek genoeg,
doet de radio het nog wel.
1:14:56
De radio is het enige
wat nog werkt. Vraag me niet hoe.
1:15:03
Ik kan u hierin niet laten gaan.
- U kunt wat niet?
1:15:07
Het is niet geschikt voor de weg.
1:15:09
Het wordt in beslag genomen
tot het veilig is om in te reizen.
1:15:13
Goed, agent, ik geef toe, ik heb
de wet gebroken en dat spijt me erg.
1:15:17
U heeft gelijk en ik maak er
geen ruzie om, dat zweer ik.
1:15:22
Maar...
1:15:24
als u onze auto in beslag neemt,
1:15:26
krijg ik mijn vriend niet op tijd
thuis voor Thanksgiving.
1:15:51
GEEN SHOW VANDAAG
FIJNE THANKSGIVING