1:09:00
Leg dat neer.
Ik praat tegen je.
1:09:03
Waarom doe je zo idioot?
1:09:09
- Vind je dat grappig?
- Grappige "rainman".
1:09:12
- Wat zei je?
- Grappige tanden.
1:09:15
Spoel.
1:09:21
Waarom zei je "grappige tanden"?
1:09:24
Je zei grappige tanden,
grappige "rainman".
1:09:27
- "Rainman"? Zei ik "rainman"?
- Ja, grappige "rainman".
1:09:33
Zei ik "rainman"
in plaats van "Raymond"?
1:09:37
Ja, grappige "rainman".
1:09:40
Jij? Was jij de Rainman?
1:09:57
- Wie maakte deze foto?
- Papa.
1:10:00
Woonde je bij ons?
1:10:02
Ja. Beechcrest Street 10961.
Cincinnati, 0hio.
1:10:06
Wanneer ging je weg?
1:10:08
- 21 januari 1965.
- Herinner je je dat?
1:10:12
Het was donderdag. Veel sneeuw.
18 cm sneeuw.
1:10:17
Vlak nadat mama overleed.
1:10:20
Mama stierf vijf januari 1965.
1:10:22
Herinner je je die dag?
1:10:25
Kort ziekbed.
1:10:27
- Herinner je je die dag?
- Ja.
1:10:29
Was ik er? Waar was ik?
1:10:32
Jij was bij het raam.
Je zwaaide naar me.
1:10:35
"Dag, rainman."
1:10:39
Dus jij zong altijd voor me?
1:10:47
Wat zong je?
Hoe ging het ook weer...?
1:10:51
Wat zong je?
1:10:54
She was just 17
1:10:57
And you know what I mean