:10:12
- Wie is daar ?
- Oom John.
:10:19
Jij bent m'n oom niet.
Mijn oom John woont ver weg.
:10:22
Ik ben je oom.
En jij bent 'n grote meid geworden.
:10:27
Ben je allergisch voor katten ?
:10:29
- Nee.
- Dan kan je binnenkomen.
:10:32
Tracey, kom binnen.
:10:34
Johnny ?
:10:36
- Johnny. Niet te geloven.
- Hoe gaat 't met m'n zusje ?
:10:46
- zeg je oom 's gedag, jongens.
- Wie is dit ?
:10:49
- Dit is Ricky.
- Hoe gaat 't, Ricky ? Je ziet er goed uit.
:10:52
- Is alles in orde ?
- Ja. Alles is in orde.
:10:57
- Hoe gaat het ?
- Goed. Welkom thuis.
:11:00
- Wat heb je allemaal gedaan ?
- Ik heb op je zitten wachten.
:11:07
Je bent thuis.
:11:12
Laat me je bekijken. Je ziet er goed uit.
:11:15
Jij ook. Je lijkt op Melissa.
Je ziet er 20 jaar jonger uit.
:11:18
Bedankt. Een compliment van 'n mooie
man is altijd welkom. Gaat alles goed ?
:11:24
- Je klonk zo vreemd aan de telefoon.
- Niets aan de hand. Ik ben gewoon moe.
:11:28
Hier kan je goed uitrusten.