Cape Fear
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:29:06
-Klootzak.
-Wat?

:29:13
-Hij staart naar je.
-Waar heb je 't over?

:29:21
Wat doe je in godsnaam?
:29:23
Zo geil als boter.
:29:27
-Je hebt mazzel dat ze van jou is.
-Hufter.

:29:30
Waar ging hij heen?
:29:39
Pas op m'n arm. Hij kan gebroken zijn.
:29:41
Wat heb je?
Je hebt het recht niet me zo te duwen.

:29:45
Ik keek alleen naar de parade.
Ik probeer niets uit te halen.

:29:48
Waardoor raak je zo van streek?
:29:51
Je mag blij zijn dat ik je niet aanklaag.
:29:54
AI goed.
:29:55
-Doe rustig.
-Ik ben rustig.

:30:00
-Wat ben je aan het doen?
-Niets.

:30:02
-Wie was dat?
-Niemand. Kom.

:30:06
De man met de das,
z'n vrouw nam hem mee.

:30:10
-Ik geloof dat hij echt z'n arm pijn deed.
-Mam!

:30:14
-Heftig drankje heb je hier.
-Wat je zegt.

:30:18
Doe er een goudvis in en 't smaakt prima.
:30:23
Je schijnt je te vermaken.
:30:25
-Ik heb geoefend.
-Waarvoor?

:30:29
-Hoe je op de grond moet vallen?
-Een losbandig leven.

:30:32
Een losse wat?
:30:33
Losbandig leven. Twee woorden.
:30:37
Houd je me voor de gek? Oké. Prima.
:30:41
-Ik heb je aan 't blozen gemaakt.
-Blozen?

:30:43
Ja. Je hebt de kleur van je hemd, knalrood.
:30:49
Ik had niet verliefd moeten worden
op een getrouwde man.

:30:52
-Inderdaad niet.
-Ik weet niet wat me ertoe bracht.

:30:55
Alleen God weet dat.
:30:57
Ben ik hier de idioot?

vorige.
volgende.