1:06:00
Ik weet niet. Zeg zomaar iets.
Enkel praten. Vertel me iets over mijn zoon.
1:06:05
Hij is ongeveer mijn grootte.
1:06:11
Hij heeft jouw ogen.
1:06:16
Hoe is z'n karakter?
1:06:18
Je vertrouwd hem. Hij straalt kracht uit.
1:06:24
Ik zou sterven voor John Connor.
1:06:28
Wel, ik weet teminste
welke naam ik hem moet geven.
1:06:33
Ken je soms z'n vader niet,
veronderstel dat ik zeg dat hij kan ophoepelen?
1:06:38
John heeft me nooit iets over hem verteld.
1:06:41
- Ik weet dat hij stierf voor de oorlog...
- Wacht.
1:06:46
Ik wil het niet weten.
1:06:48
Dus, het was John die je hierheen stuurde?
1:06:52
Ik was vrijwilliger.
1:06:55
- Waarom?
- Het was een kans om de legende te ontmoeten.
1:07:00
Sarah Connor, zij die haar zoon leerde,
vechten, zich te organiseren,
1:07:07
er hem op voorbereiden, wanneer hij nog een kind was.
1:07:09
Terwijl je schuilde voor de oorlog.
1:07:15
Je praat over dingen die ik nog niet heb gedaan in de veleden tijd.
1:07:19
Het maakt me gek.
1:07:25
Ben je wel zeker dat ik die persoon ben?
1:07:27
Ik ben het zeker.
1:07:29
Kijk eens goed naar mij! Zie ik eruit
als de moeder van de toekomst?
1:07:35
Ik bedoel, zie ik er sterk uit? Georganiseerd?
Ik kan niet eens m'n rekening uit het rood houden.
1:07:43
Luister, Reese, Ik heb niet om
die eer gevraagd en ik wil het ook niet.
1:07:47
Niets van dit alles!
1:07:52
Jouw zoon gaf me een bericht mee
voor jou, hij liet het mij onthouden.
1:07:57
Dank je, Sarah,
voor je moed in de donkere jaren.