:04:00
Dickens was een briljant schrijver
uit de 19e eeuw.
:04:04
Dank je.
- Waarom zou ik je geloven?
:04:07
Omdat ik 't verhaal goed ken.
:04:11
Bewijs 't.
- Goed.
:04:13
Ik heb 'n wrat op m'n duim...
:04:16
...en 'n litteken op m'n pols.
:04:19
Niet handlezen. Het verhaal graag.
:04:22
Dank je. Doe ik. Om te beginnen
waren de Marley's dood.
:04:27
Pardon?
:04:29
Zo begint 't. 'Om te beginnen waren
de Marley's dood. '
:04:33
Zo dood als een pier.
:04:35
Goed begin. Lekker eng en
griezelig.
:04:38
Dank je, Rizzo.
- Geen dank, Mr Dickens.
:04:41
Tijdens hun leven waren ze
compagnons...
:04:43
...van de sluwe geldschieter
Ebenezer Scrooge.
:04:48
Hij komt zo de hoek om.
- Waar?
:04:52
Wanneer?
- Nu.
:04:56
Daar is meneer Ebenezer Scrooge.
:05:03
Wat wordt 't opeens koud hier.
:05:12
zo'n koude wind verkilt je
in merg en been
:05:16
want van niets word je zo kil
als van jaren steeds alleen
:05:21
de kou staat op je gezicht
zoals een dame met rouge
:05:25
maar de slechtste
de gehaatste
:05:28
is wel Scrooge
:05:30
een bullebak
een schobbejak
:05:33
dat is Ebenezer Scrooge
:05:35
daar gaat meneer Humbug
daar gaat meneer Bars
:05:40
elke prijs voor akelig doen
verdient hij dubbel en dwars
:05:44
Scrooge is gek op geld
hij denkt dat macht zo duur is
:05:49
als hij naar iets zou smaken
reken maar dat 't zuur is
:05:55
Zelfs groente moet 'm niet.
:05:58
daar gaat meneer Geldwolf
daar gaat meneer Krent