:42:02
Ik heb niet veel tijd tussen afspraken in,
Mevr. Peirce.
:42:05
- Hoe kan ik u helpen ?
- Dank u.
:42:07
Ik ben de advocaat van de Conlons,
hoofdinspecteur.
:42:11
Guiseppe Conlon is in kritieke toestand,
zoals u misschien wel weet.
:42:15
Ik heb voor de rechtbank om zijn
omstandigheids parool gevraagd.
:42:18
Ze willen uw goedkeuring.
:42:20
Dat zal moeilijk zijn, Mevr. Peirce.
:42:22
Deze mensen hebben vreselijke
misdaden begaan.
:42:25
De maatschappij wil dat
ze hun straf uitzitten.
:42:28
Maar ze zijn onschuldig, Hoofdinspecteur.
:42:31
- Zegt wie ?
- De echte bommenleggers.
:42:35
Ze hebben u verteld dat ze het gedaan hebben,
Mr. Dixon.
:42:38
Gerry Conlon heeft me verteld dat hij
het gedaan heeft, Mevr. Peirce.
:42:41
Deze mensen zijn leugenaars.
:42:43
Ze zijn leugenaars voor een 'zaak',
dat zijn de ergste.
:42:46
Maar hij is stervende.
Guiseppe is stervende.
:42:48
Vele mensen zijn stervend.
Het is een vuile oorlog.
:42:56
Wel, ik zal kijken wat ik kan doen.
:42:58
Is dit uw familie, Mr. Dixon ?
:43:00
Dat is mijn vrouw en zoon.
:43:03
U heeft een andere afspraak.
:43:06
Ja.
:43:08
Ik zie u nog wel, Mr. Dixon.
:43:47
Ben je in orde, pa ?
:43:56
Pa ?