Thumbelina
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:46:01
Waar was ik gebleven?
:46:04
Herfst. Het is herfst.
:46:08
Ik moet snel de elvenprins vinden.
:46:12
De winter komt eraan.
:46:21
Waar ben je, Thumbelina?
:46:47
Ik ben op zoek naar een heel mooi meisje.
:46:50
Ze heet Thumbelina.
:46:53
Ben jij de elvenprins?
-Dat klopt.

:46:57
Thumbelina is weg.
:46:58
Weg? Waar is ze heengegaan?
-De kever heeft haar meegenomen.

:47:03
Ze zitten ergens daarbuiten.
:47:05
Is ze daarbuiten, met dit weer?
:47:08
Er zit `n dikke pad achter haar aan.
:47:12
Ik moet haar vinden. De winter komt eraan.
:47:18
Snel, Buzz. Mijn vader kan niet lang meer
wachten met de vorst.

:47:26
Mag ik even wat uitleggen?
-Wat dan?

:47:29
Luister, ik weet niet waar ze is.
:47:33
Het klikte gewoon niet.
:47:35
Ik heb haar laten gaan.
Ze is m`n type niet. Ze is te lelijk.

:47:40
Ze is mooi.
-Als jij `t zegt.

:47:44
Luister `s, ik heb een idee.
:47:46
Ik heb gehoord dat ze verliefd
is op de elvenprins.

:47:54
Ik zal die elvenprins vermorzelen.
:47:56
Hou je kop en luister naar me.
:47:58
Als je die prins nou vangt...

vorige.
volgende.