:47:01
Ik schrijf in het Engels natuurlijk.
:47:04
Oké.
:47:08
Dus?
:47:11
Kies een woord.
:47:14
Een woord.
:47:17
IJsje.
- IJsje? Goed.
:47:19
Ik wou schobbejak gaan zeggen.
Maar uitstekend. IJsje.
:47:22
IJsje?
:47:24
Oké, ijsje.
:47:26
Oké, dus...
- Goed.
:47:39
Ik moet zeggen, ik mag deze
Viennaese versie van zwerver wel.
:47:43
Ik vind het leuk wat hij zij over
iets toevoegen aan je leven.
:47:46
Dus, we hadden onze eerste ruzie daarnet?
:47:51
Ik denk van wel.
:47:53
Zelfs als het zo was, waarom denkt iedereen
dat onenigheid zo slecht is?
:47:57
Er ontstaan een hoop goede dingen
uit onenigheid.
:48:00
Ja, ik denk het.
:48:02
Ik denk altijd maar
als ik gewoon kan accepteren dat
:48:05
mijn leven bestemd is om moeilijk te zijn,
dat het normaal zou zijn
:48:09
dan zou ik misschien niet zo kwaad worden.
:48:11
En ik zou gewoon blij zijn
als er iets leuks gebeurd.
:48:14
Daarom zit ik nog op school.
:48:16
Het is makkelijker om iets te hebben
om tegen te strijden.
:48:18
We hebben allemaal dat concurrerende
ingeworteld in onszelf.
:48:22
Weet je, ik kan de meest onbenullige
dingen doen.
:48:25
Wat darten of een potje poolen.
:48:28
En dan opeens,
voel ik het over me heen komen.
:48:31
Ik moet winnen.
:48:33
Is dat de rede waarom je me
uit de trein wou halen? Concurrentie?
:48:37
Wat bedoel je?
:48:40
Ik heb een gedicht.
:48:44
Wil je het ons voorlezen?
:48:50
Is goed.
:48:55
Mijmerende illusie
:48:57
Limousine wimper