Friday
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:14:01
misschien zelfs vier.
:14:02
Dan wil ze een neger trouwen.
:14:05
Wie ? Haar moeder ?
:14:06
Op een roestige fiets,
moet je het leren.

:14:09
Het is op een oude fiets,
:14:11
moet je het leren.
:14:13
Ja, oké.
:14:14
Ze ziet er wel lekker uit.
:14:16
Ik neem je niet in de maling.
Kijk uit.

:14:19
Ze wilde een keer met
me naar bed gaan.

:14:22
Ik moest naar het werk en zo.
:14:24
Ben benieuwd waar ze naartoe gaat.
:14:25
Ze gaat waarschijnlijk
naar die nieuwe sportschool

:14:27
daar in de 108e straat.
:14:29
Is die al open ?
:14:31
Ja. Ik hoorde dat ze ook
nog mensen zoeken.

:14:33
Je moet er eens een
kijkje gaan nemen.

:14:35
Met je werkeloze reet.
:14:42
Wacht. Mijn moeder is daar.
:14:45
Maar ze gaat zo naar haar werk.
:14:48
Ik weet dat je geen wiet rookt.
:14:51
Ik weet het.
:14:53
Maar vandaag zal ik je high krijgen.
:14:56
Want het is vandaag vrijdag,
en je hebt geen baan,

:14:58
en je hebt geen reet te doen.
:15:01
Maar waarom ben je
eigenlijk zo vroeg op ?

:15:05
Ik wilde je spreken voordat
je naar je werk ging.

:15:07
Om je te laten weten wat er
gebeurd is met die roodharige.

:15:10
Wat is er ?
:15:11
Je kent die neger Deebo
die zijn fiets had

:15:13
gedurende, ongeveer, drie weken, toch ?
:15:15
Ja.
:15:16
Dus Deebo...
:15:17
Ik heb gewonnen. Geef me mijn geld.
:15:20
Je hebt wat ?
:15:21
Ik heb verloren.
:15:26
Gooi de dobbelstenen.
:15:30
Deebo.
:15:33
Let op mijn geld.
:15:35
Let op hem.
:15:36
Kan ik een seconde met je praten ?
:15:58
Mijn vader loopt te zeuren.
:15:59
Hij wil dat ik mijn
fiets terug vraag.


vorige.
volgende.