:41:05
Bedankt voor je lieve woorden.
- Haar kan u vertrouwen.
:41:13
Ik ga u vertrouwen.
:41:17
U gaat mij vertrouwen.
- Dit begrijp ik niet.
:41:21
Ik wil u niks doen, maar m'n meisje
gaat er aan als u me niet helpt.
:41:28
Goed, ik zal u helpen.
Laten we naar Mr. White gaan.
:41:33
Hij is het hoofd van de bewaking.
- Nee, niks aan de hand. Meekomen.
:41:44
Dit is niet het leven voor onze
kinderen, voor mezelf en voor u.
:41:51
Ik doe de revolver in m'n zak,
maar ik richt 'm nog op u.
:41:57
Doe alsof er niets gebeurt.
M'n dochter is ontvoerd.
:42:02
Ze doden haar als ik de gouverneur
niet dood. Dat wil ik niet.
:42:08
We gaan naar de bewaking.
- Dat kan niet.
:42:13
Ze zitten in 't complot.
- Het zijn de allerbeste.
:42:17
Hoe kom ik er dan in ?
:42:21
Geen idee.
- Als u niet helpt...
:42:25
is de gouverneur dood.
U moet me vertrouwen.
:42:29
Dat is nu wel een beetje moeilijk.
- Goed dan.
:42:34
Hier.
:42:37
Vertrouwt u me nu ?
:42:40
Nou moet ik wel.
:42:45
Er is een persoon die kan helpen.
:42:48
De man die me volgt, ziet alles.
Als ie me mist, is m'n dochter dood.
:42:54
Hij denkt dat je tussen
de mensen staat. Wacht.