While You Were Sleeping
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:47:00
Je moet een betere jas hebben.
:47:02
Deze is van m'n vader.
- Dan zal hij het wel koud hebben.

:47:06
M'n vader is dood.
:47:08
Sorry.
- Daar kan jij niets aan doen.

:47:11
Hij is vorig jaar overleden.
:47:13
En m'n moeder herinner ik
me niet eens.

:47:16
Hoe was hij ?
:47:18
Net als ik.
Donker haar, platte boezem.

:47:23
Wat herinner je je het meest van hem ?
- Bedoel je dat ?

:47:29
Hij hield van wegenkaarten.
- M'n auto ligt er vol mee.

:47:34
Als hij een plaats hoorde,
pakte hij de atlas...

:47:37
en dan zocht hij op waar het lag
en hoe je er kon komen.

:47:42
Waar zou jij heel graag heen...
:47:44
Florence.
- Italiƫ

:47:47
Ik heb er nog nooit meubels afgeleverd
maar het moet er mooi zijn.

:47:50
Ik neem aan dat je er nog
nooit bent geweest ?

:47:52
De metro komt niet helemaal
in Florence.

:47:58
Maar wat ik wel bij me heb...
:48:02
is m'n paspoort ?
- Je paspoort ? Heb je dat bij je ?

:48:06
Mocht ik onverhoeds weg moeten...
:48:08
dan moet je 'm hebben
- Te gek. O, je hebt gelijk.

:48:12
Je bent helemaal niet fotogeniek.
:48:16
Grapje. Er staan geen stempels in.
:48:20
Ik ben nog nergens geweest.
:48:22
Maar ik ben van plan om binnenkort
naar Florence te gaan, dus...

:48:28
Dat zou je vader trots maken.
:48:33
Je doet me eigenlijk wel een heel
klein beetje aan hem denken.

:48:40
Ja, ja. Een man met stijl
altijd een heer...

:48:43
een harde werkers.
- Die net in een hondendrol ging staan.

:48:49
Dat is echt heel stijlvol, hoor.
:48:54
Vertel eens, waar ben je opgegroeid ?
:48:57
Wat ben jij aan het kletsen.
:48:59
Ik loop te bevriezen, door te kletsen
probeer ik dat te voorkomen.


vorige.
volgende.