:12:01
Hij heeft 't over de Rozenoorlog.
:12:04
We moeten weten wat er
aan het stuk voorafgaat.
:12:10
Er is net een burgeroorlog geweest.
:12:13
De Rozenoorlog.
:12:15
De Lancasters en de Yorks
waren met elkaar in gevecht.
:12:22
De Yorks hebben de Lancasters
verslagen en zijn nu aan de macht.
:12:27
Richard is 'n York.
- M'n broer Eduard is nu koning.
:12:32
M'n broer Clarence is geen koning
en ik ook niet.
:12:37
Ik wil koning zijn. Dat is alles.
:12:39
Het sleutelwoord is duidelijk
'onvrede'.
:12:45
Richard vertelt in de openings-
scène dus meteen...
:12:50
hoe hij baalt van de vrede die er heerst...
:12:54
en wat hij eraan wil doen.
:12:57
Nu is de winter van onze onvrede
veranderd in een prachtige zomer...
:13:04
dankzij deze zon van York.
:13:08
De wolken die op ons huis
neerdaalden...
:13:12
zijn begraven in de diepe boezem
van de oceaan.
:13:15
Een deel van 't probleem is
dat de Rozenoorlogen...
:13:19
en de strijd om de kroon voorbij zijn
omdat de Yorks gewonnen hebben.
:13:26
Er is geen reden meer om te vechten.
:13:29
Op ons voorhoofd prijkt nu
een overwinningskrans.
:13:36
Ons wapentuig is slechts
een aandenken.
:13:38
Geweld heeft plaatsgemaakt
voor vrolijkheid.
:13:42
Wat doen ze als de gevechten
voorbij zijn?
:13:45
Het grimmige gezicht van de oorlog...
:13:48
heeft zijn frons verloren.
:13:51
In plaats van zijn ros te bestijgen...
:13:54
en tegenstanders op te schrikken...
:13:56
huppelt hij lichtvoetig naar
de vertrekken van een dame...