1:37:02
Hij is hier gestorven.
1:37:04
Heeft hij je aan zien komen?
1:37:07
Jij hebt ´m doodgeschoten
geef het maar toe.
1:37:10
Hij stierf als een dier.
Jij hebt m´n vader vermoord!
1:37:15
Zeg op, ik moet het weten!
Vertel het me, alsjeblieft.
1:37:19
Alsjeblieft!
1:37:28
Ik ben naar de rechtbank gegaan
om je vader te vermoorden.
1:37:32
Het spijt me.
1:37:33
Ze hadden me geprogrammeerd.
Walters zaak.
1:37:37
Ik had een pistool...
1:37:39
...maar ik kon hem niet doodschieten.
Ik kon ´t niet, omdat ik jou zag.
1:37:44
De eerste keer dat ik je zag.
1:37:46
Onze eerste ontmoeting.
1:37:49
Ik wist dat Jonas ´n ander zou sturen...
1:37:52
...als ik het verprutste.
1:37:56
Dus besloot ik hem in ´t oog
te houden. Om ´m te beschermen.
1:38:00
Hij had een pistool.
1:38:01
Dat weet ik.
1:38:02
Hij bedreigde me ermee
toen ik me wilde voorstellen...
1:38:06
...en toen moest ik...
1:38:12
Ik heb hem niet vermoord.
1:38:20
Ik heb hem niet vermoord.
We werden vrienden.
1:38:26
Hij kon lekker koffie zetten.
1:38:29
Hij hielp mij
om alles terug te halen.
1:38:35
Een van die kerels van Jonas...
1:38:48
Toen ik hier kwam
was hij al stervende.
1:38:53
Hij was stervende
toen ik aankwam.
1:38:55
Wat heeft Jonas
met Ezekiel Walters te maken?