Mimic
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:48:00
Hoe gaat 't?
-Goed. Het is dringend.

:48:46
Wat ben je aan 't doen?
:48:49
Wat heb je daar?
:48:51
Waar?
-ln je hand.

:48:54
Niks.
:48:57
Zijn we een test aan 't doen?
-Zou kunnen.

:49:02
Zijn we een test aan 't doen?
-Misschien wel, ja.

:49:07
Het is Remy.
-Geef dan hier.

:49:17
Ben je aan 't testen?
Heb je nog even?

:49:26
Zeg 't maar.
:49:34
Wat hebben ze gevonden?
:49:37
Wat is er aan de hand?
-Over twintig minuten ben ik er.

:49:48
Hoe lang nog?
-Even geduld.


vorige.
volgende.