Fallen
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:03:00
BIij je weer te zien.
:03:02
Ik ben bIij dat jij bIij bent.
:03:07
Je bent...
:03:09
m'n beste maatje.
:03:25
Je bIijft een goede vent.
:03:48
Maak maar open.
:03:52
Je doet me aan iemand denken, Hobbes.
:03:54
Zeker weten.
:03:59
Hou je van raadseItjes?
:04:00
Nee.
:04:03
Ik heb 'n Ieuk voor je.
:04:06
Waarom is er...
:04:07
een Iege ruimte
tussen Lyons en Spakowsky?

:04:11
Wat?
:04:12
Kom nou. Deze moet je weten, makker.
Echt waar.

:04:16
Open je ogen. Kijk 's om je heen.
:04:24
Maak maar open.
:04:27
Onthoud dit, Hobbes.
:04:29
Een dag...
:04:31
een week, een maand.
:04:35
Ben je nazi geworden?
:04:39
Dat is NederIands.
:04:41
Wie kaatst...
:04:43
krijgt de baI terug.
:04:46
Goede reis.
:04:48
Ik zoek je weI op.
:04:57
Wie kaatst, krijgt zeker de baI terug.

vorige.
volgende.