:34:00
	Ik zag 'm Tamburlaine spelen.
:34:03
	- Het was prachtig.
- Ja, ik zag 't.
:34:05
	Natuurlijk, zo'n krachtige pen.
:34:07
	Niemand kan Marlowe evenaren.
:34:22
	Meer succes, makker.
:34:24
	Ik heb in 'n stuk gespeeld.
:34:26
	Ze hakten m'n hoofd af in Titus Andronicus.
:34:28
	Als ik stukken schrijf,
zullen ze als Titus zijn.
:34:32
	Je bewondert het.
:34:33
	't Was leuk toen ze hoofden afhakten...
:34:35
	en de dochter met messen verminkten.
:34:38
	- Hoe heet je ?
- John Webster.
:34:42
	Hier, poes, poes.
:34:47
	Veel bloed.
:34:49
	Dat is de enige manier.
:34:52
	Ik moet terug.
:34:54
	Kijk, hij komt er aan. Verdwijn alstublieft.
:34:57
	Ik vind uit wat z'n hart vertroebelt.
:34:59
	Ik wou dat gij gelukkig waart
een heuse biecht te horen. Kom, mevrouw.
:35:03
	- Laat hem nu maar zo.
- Wat ? Wie ?
:35:04
	- Romeo.
- Diegene die jouw brief bracht.
:35:07
	- Wat ?
- Goedemorgen, neef.
:35:09
	Is de dag zo jong ?
:35:11
	- Het is nog maar negen uur.
- Droevige uren lijken zo lang.
:35:14
	Welke droefenis laat
Romeo's uren langer duren ?
:35:17
	Datgene niet bezitten
wat hen korter zou maken.
:35:19
	- Goed.
- Verliefd ?
:35:21
	- Nee.
- Niet meer ?
:35:23
	- Uit haar gunst als ik verliefd ben.
- Geef niet alles tegelijk.
:35:29
	Ja, meneer.
:35:31
	- Begrijp je me ?
- Nee, meneer.
:35:33
	Je praat over een wijf
dat we helemaal niet zien.
:35:37
	Wat blijft over in z'n beurs
als hij Julia ontmoet ?
:35:40
	- Julia ? Je bedoelt Ethel.
- In godsnaam !
:35:42
	Moet ik deze voortdurende onderbrekingen
blijven ondergaan ?
:35:47
	Wat doet hij in 't tweede bedrijf,
als hij de liefde van z'n leven ontmoet ?
:35:52
	Het spijt me.
Ik heb 't tweede bedrijf niet gelezen.
:35:56
	Natuurlijk niet.
Ik heb 't nog niet geschreven.
:35:59
	Nog een keer.