1:02:02
	Wie is daar ?
1:02:07
	Jij speelt vanmiddag Dr. Faustus.
1:02:09
	Verspil je energie niet met amusement.
1:02:11
	- Wat wil je ?
- Mijn Massamoord in Parijs is klaar.
1:02:14
	- Wat ? Heb je de laatste akte ?
- Als jij 't geld hebt.
1:02:18
	- Morgen.
- Morgen krijg je 't toneelstuk.
1:02:22
	Hou hiermee op, mevrouw !
1:02:26
	Twintig pond bij levering.
1:02:28
	Wat betekent geld voor mannen als wij ?
1:02:31
	Trouwens, ik heb nog 'n ander stuk,
een komedie van Shakespeare.
1:02:36
	Romeo.
1:02:38
	- Hij gaf 't aan Henslowe.
- Nooit !
1:02:41
	Nou, ik ga naar Deptford.
Vaarwel, juffrouw Rosaline.
1:02:44
	Ik gaf Shakespeare twee goudstukken
voor Romeo.
1:02:47
	Maar Ned Alleyn en de Admiral's Men
hebben 't recht om 't te spelen.
1:02:51
	Verraad !
1:02:54
	Verrader en dief !
1:03:00
	O, nee.
1:03:20
	Hier komen de Capulets.
1:03:23
	Daar geef ik niet om.
1:03:26
	Volg me. Ik zal tot hen spreken.
1:03:29
	Goedendag, heren !
Een woord met een van jullie.
1:03:32
	Ga je dat zo doen ?
1:03:34
	Posities.
1:03:36
	- Hier komen de Capulets.
- dat kan me niet schelen.
1:03:40
	Volg me. Ik spreek wel met ze.
1:03:43
	Goedendag, heren !
Een woord met een van jullie.
1:03:47
	Slechts een woord met een van ons ?
1:03:49
	Verbind 't ergens mee,
maak er een woord en een slag van.
1:03:52
	Waar is die rat
die z'n pen niet bij zich houdt ?
1:03:55
	Wat is dit gepeupel ?
1:03:59
	En garde, als je een man bent !