:12:09
Neem maar op.
:12:17
- Wie is dat ?
- Niemand.
:12:24
Ik heb je gemist.
:12:25
Ik jou ook. Ik mis jou elke dag.
:12:28
Hoe was je dag ?
:12:29
Goed, maar ik moet
terug naar Pittsburgh.
:12:32
Ja, vanaf morgen tot zondag.
:12:36
Dan moet ik eten bestellen.
:12:38
De kinderen komen
dit weekend. Ik dacht...
:12:41
... dat jij en de kinderen...
:12:43
... en ik allemaal samen...
:12:46
... naar Pittsburgh kunnen gaan.
:12:49
Daar komt niets van in.
:12:50
Nee ? Kom op. We boeken
een geweldige hotelkamer,
:12:54
... gaan naar een honkbalwedstrijd.
:12:56
- Wat denk je ervan ?
- Ik pas.
:12:59
Oké, dan bel ik de babysitter.
:13:02
Waarom ?
:13:04
Je hoeft niet alleen
voor hen te zorgen.
:13:11
Wat ?
:13:12
Ik kan niet voor hen zorgen.
Dat bedoel je, hé ?
:13:17
Nee.
:13:35
Je vertrouwt me niet
met je kinderen.
:13:38
Ja, toch wel.
:13:39
Tuurlijk wel. Maar...
:13:41
- Wat ?
- Ze zijn heel lastig.
:13:44
Luke, door ons
gescheiden te houden, zeg je:
:13:47
'Kinderen, dit is leuk.
Haat haar maar.'
:13:50
- Ze haten je niet.
- Oh, nee ?
:13:53
Kijk hen 's in de ogen.
Kijk je ex in de ogen.
:13:56
Jackie wil hen beschermen.
Wat verwacht je ?