:45:00
Pas op. Het is stoffig.
:45:06
Ze keek naar mijn ontwerp
en zei niks.
:45:11
Een week later had ze 't geschilderd.
:45:14
Dit zou de eerste worden.
:45:18
Ik wilde boten ontwerpen en bouwen.
:45:25
Deze boot zou m'n handelsmerk worden.
We zouden 'm nooit verkopen.
:45:31
Wanneer maak je hem af ?
:45:37
Ik heb er al twee jaar
niks meer aan gedaan.
:45:41
- Dat komt wel.
- Ja, dat komt wel.
:45:48
Neem je me dan mee totdat de wind
me echt angst aanjaagt ?
:45:57
Vanavond gaat het niet waaien.
:46:02
Hoe weet je dat ?
:46:05
- Ik ben een visserszoon.
- Je kijkt gewoon naar 't weerbericht.
:46:10
Ga je vanavond met me zeilen ?
:46:17
Ik ga over een paar dagen weg.
:46:20
Dat moet. Mijn zoon komt thuis.
:46:24
Ik weet niet of dit verstandig is.
Misschien...
:46:33
Goed.
:46:38
Het is dom om haar je koffie
te laten proeven.
:46:44
- Gisteravond vond ze 'm lekker.
- Dan was ze gewoon beleefd.
:46:49
Niemand vindt jouw koffie lekker.
:46:52
Gedraag je.
:46:57
Wat is er ?