:37:02
Ik droomde dat San voor me zorgde.
:37:05
Ik hoopte dat je zou roepen in je slaap,
dan zou ik je hoofd afbijten.
:37:12
Mooie bossen...
:37:14
Zijn de beren al op pad ?
:37:17
Ja de beren rukken op.
:37:21
De bossen schreeuwen het uit.
Maar jij kan ze niet horen.
:37:25
Ik zit hier en luister ernaar
en voel de pijn in mijn lichaam...
:37:30
... en wacht op die vrouw
dromend van het moment...
:37:32
dat ik haar hoofd tussen
mijn kaken verbrijzel
:37:36
Kunnen de mensen en het woud
niet in vrede leven ?
:37:40
Kunnen we dit niet stoppen ?
:37:42
De mensen verzamelen.
:37:44
Hun vuur zal zelfs tot
hier komen.
:37:47
En San ? Neem je haar
met je mee ?
:37:51
Typisch voor een mens om
enkel aan zichzelf te denken.
:37:55
Ze is de dochter van onze clan.
Als het woud sterft, sterft zij.
:38:01
Laat haar vrij !
Ze is een mens !
:38:04
Stilte, jongen !
:38:06
Hoe durf je zo tegen
een god te spreken ?
:38:10
Mensen wierpen hun kind
voor mijn voeten.
:38:16
Ze kan nooit mens zijn,
en nooit wolf.
:38:19
Mijn arme, lelijke,
prachtige dochter...
:38:23
Hoe zou jij haar redden ?
:38:27
Ik weet het niet,
maar we kunnen samen leven.
:38:32
Hoe ? Zal je samen met San
tegen de mens vechten ?
:38:38
Neen. Dat zou enkel
meer haat kweken.
:38:41
Er is niets dat je kan doen, jongen.
:38:46
Binnenkort zal het
litteken je doden.
:38:49
Verlaat deze plaats
bij zonsopgang.