Bounce
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

1:21:13
Hai, Scott.
1:21:16
Ze is niet thuis.
Zelfs als ze wel thuis was...

1:21:20
Ze wil me niet zien.
1:21:27
Ik zou 't best begrijpen als
je ook boos op me zou zijn.

1:21:31
Het is wel goed.
1:21:39
Goed dan, tot kijk.
1:21:42
Zei hij iets over kerstbomen ?
- Wat ?

1:21:47
Mijn vader. We zouden de volgende dag
kerstbomen verkopen.

1:21:52
Misschien kwam ie daarom naar huis
en stortte 't vliegtuig neer.

1:21:58
Ik vroeg me af
of hij zoiets had gezegd.

1:22:18
Daar heeft ie het niet over gehad.
1:22:21
Hij zei dat ie naar huis wilde.
Dat wil iedereen op een vliegveld.

1:22:29
Hij hoefde geen bomen met me
te gaan verkopen.

1:22:34
Ik wilde toch al niet.
1:22:37
Iedereen heeft kunstbomen
tegenwoordig.

1:22:43
Hij zei dat ie naar huis wilde
om te werken.

1:22:46
Ik weet dat ie z'n werk noemde,
maar geen kerstbomen. Zeker weten.

1:22:53
Zal ik dat mama vertellen ?
1:22:57
Misschien denkt zij dat 't komt
omdat ze over die bomen bleef zeuren.


vorige.
volgende.