Boys and Girls
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

:43:04
Lekker weertje, hé ?
:43:18
Ik weet niets van die dingen.
Daar moet je Hunter voor bellen.

:43:28
Ik heb tien jaar op een bank gewerkt.
Nu wil ik voor mezelf beginnen.

:43:34
Ik ben nu op een punt
dat ik dat werk zat ben.

:43:39
Gelukkig, zus. Je bent er.
- Billy, wat is er ?

:43:44
Kirt, dit is m'n broer Billy.
Billy, dit is Kirt.

:43:48
Aangenaam.
Ik vertel je zus net over m'n boot.

:43:52
Nu even niet.
- Wat is er ?

:43:54
Er is iets met moeder. Ze is ziek.
- Wat is er dan gebeurd ?

:43:59
Gewoon. Ze is ziek.
- Wat heeft ze dan ?

:44:04
Ja, wat heeft ze ?
- Ze is ziek. Net als de vorige keer.

:44:09
Toen was ik er niet. Vertel eens.
- Daar is nu geen tijd voor.

:44:14
Moeder is ziek. We moeten gaan.
- Sorry.

:44:22
Je bent gestoord.
- Je was geweldig.

:44:25
Wat heeft ze ? Wat moet ik daarmee ?
- Je deed het geweldig. Echt waar.

:44:41
De volgende keer
ga ik er mank bij lopen.

:44:45
Loop nou niet te hard van stapel.
:44:49
Het is morgenavond.
- Nee, het is verschoven.

:44:53
Door wie ? Ryan ?
Ik kan in elk geval niet mee.

:44:57
Waarom niet ?
- Ik wil gewoon thuisblijven.


vorige.
volgende.