Small Time Crooks
vorige.
weergeven.
als.
volgende.

1:25:01
Je vergist je. Jij neemt lessen,
en denkt dat je smaak hebt.

1:25:06
Ik zal je wat laten zien.
- Je hebt geen verstand van juwelen.

1:25:12
We verkopen 'm en gaan naar
Florida. Het is de echte.

1:25:17
Je kunt niet eens de metro betalen.
- Jij weet ook altijd alles.

1:25:22
Je hoeft geen geleerde te zijn
om te zien dat ie nep is.

1:25:26
De maker is overbetaald.
- Wat mag ik doen als je je vergist ?

1:25:32
Je neus omdraaien tot je blauw ziet ?
- Ja, hoor.

1:25:49
Je hebt hem gebroken.
1:25:50
Het is glas, Ray.
- Dat weet ik, maar...

1:25:57
Ik ruim 't niet op. Jij hebt hem
gebroken. Overal ligt glas.

1:26:02
Dat is gevaarlijk.
1:26:05
Wat zie je toch in me ?
Ik verpest altijd alles.

1:26:08
Glas. Ik heb de glazen ketting.
- Zolang we elkaar maar hebben.

1:26:13
Dat was even niet zo. Toen besefte
ik dat ik niet zonder je kan.

1:26:19
Maar je man is 'n loser.
Het is glas.

1:26:22
Ik heb hartstikke veel geluk.
- Je bent blut.

1:26:25
Ik heb geen cent meer. Ik sta
weer met lege handen.

1:26:30
We kunnen deze verpanden.
- Wat is dit voor ding ?

1:26:36
Wie... Ik snap 't niet. Wie is
de hertog van Windsor ?

1:26:39
We kunnen 'm zelfs veilen.
1:26:41
Hoe kom je hieraan ?
- Van David.

1:26:44
Heeft David 'm aan jou gegeven ?
- Dat weet ie nog niet.

1:26:47
Ik snap 't niet. Hoe bedoel je ?
- Jij hebt me 'n kluis leren openen.

1:26:54
Een dierbare herinnering
aan onze tijd samen.


vorige.
volgende.