1:06:01
Ik ook,
1:06:04
We hadden de wereld aan onze voeten,
1:06:06
We waren jong, rijk en verliefd,
1:06:10
Niets kon ons tegenhouden,
Het was perfect,
1:06:19
Godallemachtig.
1:06:26
Doe dat spul weg. Je bent zwanger.
- Doe niet zo hypocriet.
1:06:31
Ik rook al niet meer, nee?
1:06:34
Doe het weg. Mijn ouders zijn er.
1:06:40
Mooi, hé?
1:06:43
God, het is gigantisch.
- Vind je het mooi?
1:06:47
Kijk.
1:06:50
Moet je dat dressoir zien.
1:06:54
O ja... Is het Spaans?
1:06:56
Hoeveel kost zoiets? Vast een fortuin.
- Familiestuk, ma.
1:07:01
Goedkoop zijn ze niet.
- Mirtha komt uit 'n heel rijke familie.
1:07:05
Tevreden, 'papi'?
- Heel mooi.
1:07:08
Ik laat je de rest van het huis zien.
- Leuk. George had 't over een jacuzzi.
1:07:13
Heb ik altijd al gewild. En een bidet.
- Cocktail?
1:07:18
De zaken gaan goed.
1:07:23
Het loopt als een trein.
Ik heb kunnen beleggen.
1:07:27
Klets niet uit je nek, George.
Verdoe onze tijd niet. Ik zie je zelden.
1:07:34
Je bent mijn vlees en bloed.
Je bent mijn kleine jongen.
1:07:38
De knaap die van een rots zou springen
als iemand zei dat het niet kon.
1:07:43
Zo hard ben je niet veranderd.
Of wel soms?
1:07:54
Ik weet best wat je doet.
1:07:57
Niet echt alles,
maar ik kan 't wel raden.