:06:02
Zal ik beginnen?
-Wat zeg je?
:06:05
Ik voer wel eerst het woord. Even
kijken of ik het nog allemaal weet.
:06:13
Ik weet het weer.
We kunnen een paar dingen doen.
:06:17
We kunnen weer een chemokuur doen,
maar dat wordt je derde in drie jaar.
:06:24
Waarschijnlijk zal je
daarvan dus niet genezen.
:06:28
Dan een beenmergtransplantatie.
:06:31
De kans daarop is even klein
als de paus zien op een springstok.
:06:37
Om er niet omheen te draaien.
Ik ben bang dat dit het is.
:06:42
Het is hopeloos.
-Shelley...
:06:45
Ja toch?
-Met chemo...
:06:47
Kom nou, Robert. Heb ik gelijk?
:06:54
Ja.
:07:08
Wat is het fijn om gelijk te hebben.
:07:17
Alles goed, lieverd?
-Mam.
:07:21
Heb je even tijd?
-Nou, eigenlijk...
:07:25
Ik wil praten. Kom je straks langs?
-Ja, misschien.
:07:30
Vanavond? Ik zal koken.
-Kan niet. Ik moet werken.
:07:35
Morgen dan?
-Ik bel je wel.
:07:40
Je hoeft maar te roepen
en ik hoor je al.
:07:45
Hij heeft een slecht humeur.
:07:52
Dag.