:10:01
Kijk eens aan.
-Mama was enorm ongerust.
:10:04
Je bent groter dan ik.
:10:06
Wat is er gebeurd?
lk was geschrokken.
:10:09
God zij geprezen, je bent hier.
:10:15
En wie is dat?
-Grootmoeder.
:10:17
Precies.
-Dat is grootmoeder.
:10:21
Dat is de jurk die we opstuurden.
-Oom...?
:10:25
Enrique.
:10:27
Oom "Quique".
:10:30
Kijk eens aan.
:10:32
En wie is dat? Valeria.
:10:35
Kijk. Valeria in haar mooiste jurk.
-Ze is prachtig.
:10:42
't ls tijd voor het huiswerk.
Luis, Simona.
:10:46
Morgen heb je 'n toets.
-Toch?
:10:48
Zorg ervoor dat je broer
alles doet hoe hij het moet doen.
:10:53
Ik zal bij je blijven.
:10:54
En geen televisie.
Zorg dat hij alles doet.
:10:57
Ja, ja, ja.
:11:01
Wat is er gebeurd met het geld?
-Ik ben blut sinds Bert ziek is.
:11:07
Waarom heb je niets gezegd?
-Hoezo? lk heb 't je gezegd.
:11:13
Ik heb 't gezegd. Domme trien.
Je luistert nooit.
:11:17
Kalm aan, kalm aan. Wat is dit?
:11:20
Je zei dat alles geregeld was.
Je moet niet met hen sollen.
:11:25
Waar is het geld naartoe?
-Luister...
:11:30
Ik ken 'n kerel die 'n bar heeft.
Hij heeft 'n baan voor jou.
:11:34
Hij heeft me 'n voorschot
van $800 beloofd op je loon.
:11:40
Maar hij had er niets over gezegd
tegen zijn broer en ze maakten ruzie.
:11:45
Hij gaf me maar $300.
:11:49
Ik wil samen met jou
kantoren schoonmaken.
:11:52
Net zoals honderden anderen.
:11:54
We hadden 't er al over, Maya.
:11:56
Ik ben bekwaam en snel.
-We gaan er niet meer over praten.